-
1 from childhood
-
2 from
prep. van, uit, door♦voorbeelden:from childhood • van kindsbeen aftwo years from that day • twee jaren vanaf die dag (gerekend)from one day to the next • van de ene dag op de anderefrom 3 to 6 days • 3 tot 6 dagenjudge from the facts • oordelen naar de feitenspeak from the heart • (recht) uit het hart sprekenI heard from Mary • ik heb bericht gekregen van Maryrecite from memory • uit het geheugen opzeggenpaint from nature • schilderen naar de natuurfrom bad to worse • van kwaad tot ergertell her this from me • zeg haar dit namens mijfrom far and near • van heinde en verre(in) a week from now • over een weekfrom now on, as from now • van nu af aan -
3 an
an1〈voorzetsel + 3,4〉1 aan, op ⇒ (tot) bij, tegen2 op ⇒ in, met♦voorbeelden:am Fenster stehen • bij het raam staanjemanden an der, die Hand nehmen • iemand bij de hand nemenFrankfurt am Main • Frankfurt aan de Mainan Ort und Stelle • ter plaatseetwas an seinen Platz stellen • iets op zijn plaats zettensich an den Schrank lehnen • tegen de kast leunenan jener Stelle • op die plaatsetwas an die Tafel schreiben • iets op het bord schrijvensich an den Tisch setzen • aan tafel plaatsnemender Ort, an dem er wohnte • de plaats waar hij woondebis an den Rhein • tot aan de Rijnam Ufer entlang gehen • langs de oever gaan, lopenan … vorbei, vorüber • langs … heener ging an mir vorbei, vorüber • hij passeerde mijam Ende des Jahres • aan, op het einde van het jaaram Montag • op maandag, 's maandagsam 2. Juni • op 2 juni, de tweede junian Ostern • met Pasenein Schreiben an mich • een schrijven aan mij (gericht)der Tag, an dem es geschah • de dag waarop dat gebeurdebis an seinen letzten Tag • tot de laatste dag toe5 Mangel, Überfluss an Rohstoffen • gebrek, overvloed aan grondstoffenarm, reich an Nährstoffen • arm, rijk aan voedingsstoffengesund an Leib und Seele • gezond naar lichaam en ziel6 an Krücken gehen • met, op krukken lopenKopf an Kopf stehen • op elkaar gepakt staanTür an Tür wohnen • naast elkaar wonenam besten, meisten, schönsten • het best, het meest, het mooist, op zijn mooistetwas an sich 〈 3e naamval〉 haben • iets als typische eigenschap hebben, iets over zich hebbenan sich halten • zich beheersenes ist nichts an dem • het klopt niet, daar is niets van aanjetzt ist es an dir, zu handeln • nu is het jouw beurt, taak te handelenan dem Roman ist nicht viel (dran) • die roman is niet veel zaaksdas Haus an sich ist schön • het huis op zichzelf is mooian (und für) sich hat er Recht • in de grond, eigenlijk heeft hij gelijk————————an2〈 bijwoord〉4 〈 bij telwoorden〉ongeveer, circa♦voorbeelden:1 Scheinwerfer an! • lichten aan!an sein • aan zijn, aan staan, ingeschakeld zijn3 an Köln, Köln an: 13.20 • aankomst in Keulen: 13.20von Anfang an • vanaf het beginvon Jugend, Kindheit an • van kindsbeen af -
4 früh
früh1♦voorbeelden:am frühen Morgen • vroeg in de morgenfrüh verstorben • vroeg gestorvenes ist noch früh am Tage • het is nog vroeg op de dagvon früh an, auf • van jongs af, van kindsbeen (af)früher oder später • vroeg of laat————————früh2〈 bijwoord〉1 vroeg (in de morgen), 's morgens vroeg♦voorbeelden:morgen früh • morgenochtend vroegvon früh bis spät • van 's morgens vroeg tot 's avonds laat -
5 с детства
prepos.gener. van jongs af, (раннего) van kindsbeen (af) -
6 berceau
berceau [bersoo]〈m.〉♦voorbeelden:étouffer le mal au berceau • het kwaad in de kiem smorendès le berceau • van kindsbeen afm1) wieg2) bakermat3) tongewelf [bouwkunde] -
7 enfance
enfance [ãfãs]〈v.〉♦voorbeelden:1 première enfance, petite enfance • de vroege, vroegste kinderjarendès sa plus tendre enfance • van zijn prilste jeugd afdès son enfance • van kindsbeen afune science dans l'enfance • een wetenschap die in de kinderschoenen staatf1) kinderjaren2) (de) kinderen, jeugd3) kindsheid -
8 Kindheit
-
9 с малолетства
prepos.gener. van kindsbeen -
10 child
n. kind[ tsjajld] 〈meervoud: children〉4 (geestes)kind ⇒ product, resultaat♦voorbeelden:1 〈 spreekwoord〉 children should be seen and not heard • kinderen moeten stil zijn en in de buurt blijvenfrom a child • van kindsbeen afgreat/heavy with child • op alle dagen lopend, hoogzwanger -
11 from a child
from a child -
12 dès le berceau
dès le berceau -
13 dès son enfance
dès son enfance -
14 Kindesbeine
-
15 von Kindesbeinen an
von Kindesbeinen an
См. также в других словарях:
Kindesbeine — * Von Kindesbeinen an. – Eiselein, 375; Braun, I, 1829. Vgl. über diese Redensart Grimm, V, 756. – Um zu sagen: von der frühesten Kindheit an hatten die Alten die Redensarten: Ab incunabulis. (Plautus.) (Erasm., 6.) – A teneris unguiculis. (Horaz … Deutsches Sprichwörter-Lexikon